woensdag 30 december 2015

De halve garen

Ze spreken als deel van de geschiedenis
maken dikke woorden uit halve zin
de kaken zijn gesmeerd met vette wangen
delen kant-en-klare taal stellen zij
de toekomst aan de kaak
vergeleken met verleden heeft de jeugd 
bittere woorden voor miskende weemoed
hoe het verder moet met grenzen 
groter dan een taalgebied gesmeed
met liefde die uit muziek voortkomt
vrienden die nootjes kraken op gehoor
maar de schrijver de schrijver heeft
het allerlaatste woord gestolen 
uit de harten van de mensen 
die het hoorde te lezen zoals het 
hoort vervult van lichaam en van geest
literair verantwoordt delen met velen
de menens en de delers en het even
dat zo onuitgesproken wordt 


--
R

ik ben niet  zo van papier!

De meevaller

Geluk was die zijde draad
waarvan je sprak
dat jij daar zo aan hing
voor dat i brak en jij
gelukkig was
niet meer te bungelen
maar op eigen benen 
geheel op je gemak 
iemand aan je zijde trof




De meevaller

Geluk was die zijde draad
waarvan je sprak
dat jij daar zo aan hing
voor dat i brak en jij
gelukkig was
niet meer te bungelen
maar op eigen benen 
geheel op je gemak 
iemand aan je zijde trof


--
R

ik ben niet  zo van papier!

Een dodelijke versuffing in een hang naar leven

Een vlindertje dat het spoor bijster leek
scheen eerder nogal van streek in de steek
gelaten de nacht doorgebracht te hebben
verdacht op de bloemen van kwaad
dat meisje nog dat het leven liet
sporen na van het intens verdriet
dat nu eenmaal mensen siert
die het nalatenschap van de dood
verdienen met een sprankje hoop

zondag 27 december 2015

Een lachende derde

Het olijk wuivend lelieblad sterft af
gadegeslagen dotter wenkt het bloeiend
bloemhoofd licht van streek plasdras
op de oever van het aanhangsel 
morsig groen maar weelderig zacht
en went tevens van de winter af 
het geloof in deze dagen taant
geleidelijk maar onverdroten 
tot een traag besef van voorjaar
naar het onzedig luchtledig rosé 
kleed van de zon die veel te laat
doorbrak op het bekaaide zwakke
schijnsel van de tijdgeest die rondwaart 




vrijdag 25 december 2015

Van alles en nog wat

Van alles teveel
aan alles teveel
teveel van alles

het wordt teveel
veel te veel
genoeg teveel

tot vervelens toe
is dit teveel voor
velen veelsteveel

veel tijd om te vervelen
veel ruimte om in te vervelen
veel mensen om nog te velen
veel te weinig ook nog
om te delen

donderdag 24 december 2015

Het zit eraan te komen

Het kerstkind warmt zich 
behagelijk op welverdiende tegenspraak
de zonnebank 
niet op de woonboulevard
maar op de achterpagina dit jaar
het meisje wordt er onbekommerd zestien op
het scheelt geen haar of het kan haar
geen snar meer interesseren wie het doet
en waarom met haar zolang zij maar
genieten kan van al dat lijfelijke aan haar
de hoop spreekt klare taal dit jaar 
voor kinderen van het millennium paar
dat geslachtsrijp klaar staan bij het abbetoir 
waarop menigeen gevild onthaart en zo meer
kaal de naakte toekomst tegemoet gaan 
met een luchtig gebaar van zinsnedige aard
hoezeer ook alles warm draait 
blijft ook de vraag 


--
hakuna matata,

ries.

woensdag 23 december 2015

Hij had een Facebook

Doekjes voor het bloeien
ingelijst verlangen
naar wat buiten heerst

het mocht niet baten noch rijmelen
te oud uit de kast te jong voor t sterven
hij hield zich in en de dood haalde uit
zo waren zij toch samen nog thuis

komt alle te samen jubelend
van vreugd nu zijt welkome
met een goegemeente voor de buis
het hooglied een versje
het verhaaltje was uit.

(JZ,2015)

zondag 20 december 2015

Aangesproken velen

Ik sprak onlangs een man
hij sprak mij aan de man
is heengegaan stond in de krant
dat hij ook was geboren
wat noodzakelijkerwijs geschiedt
geschiedde toen ook 
zoals de advertentie luidde
geheel en al onverwacht
heengaan opdat hij hier en 
nu zich nooit meer bedacht
zelfs in woorden ooit 
nog uitdrukken kan



--
hakuna matata,

ries.

zaterdag 19 december 2015

Vocht

Mijn strijdbaar gegeven
vocht, het zit me tegen
achter het hart klonk het
bezopen maar bijna verzopen
de longen verdronken

zo beschonken was ik
met het verdrijven klaarde het
kwam lucht in m'n leven
maar verder was water
rantsoen voor het leven
vanwege het vocht
vanwege de hartslag
die werd geleverd

watersnood is een verdrinkingsdood
waarbij schaarse leidt tot droogte
is de afscheiding een blijvende zegen.

woensdag 16 december 2015

Huis, tuin en keuken mensen

Bij de een staat een lcd scherm overuren te draai in de woonkamer
met wat de ander zwart voor ogen stond toen i uit z'n dak ging
de wintertuin, een haveloze bende tuinafval en sompig gras vol vallend blad
schaduwbeelden van het laagstand licht dat nauwelijks dageraad geeft
maar meer dor en ontredderd de zandbak onder de rupsband 
van een leger zwervers die de weg kwijt zijn in hun geweten 
een keukenmes snijd aan twee kanten van het verhaal
de motjes van de krop andijvie of het strottenhoofd dat zich geen raad weet
maar na een overtocht sheapticket retour of enkeltje voor het tienvoudige op een luchtbedje
komen die werelden elkaar keuvelend tegen halverwege een vakantieoord als vluchthaven
waar alles zo eensluidend klinkt van doorsneemensen op een doordeweekse dag
om te beginnen op hun gemak gesteld maar meer nog uitkeken op bestaanszekerheden
of er toekomst zit in kleur bekennen tussen zwemvesten en badkleding 


--
hakuna matata,

ries.

zaterdag 12 december 2015

Stille stille

Zaterdag, een man roept van het balkon. In woorden die de taal ontsnapt zijn, is hij grootvader. Kleinkinderen zijn nu eenmaal dichterbij de grond. Zijn blik dwaalt, het leven lang, in lege vitrinekasten, aangekondigde kunstwerkjes in posters opgesteld. Blikwaardig zijn ze niet; de kinderen zien er doorheen zichzelf, hem niet. Vragen fris met prik. Daartoe is het hospitaal, een kliniek met automaten. Geschrokkem kijkt hij er op terug. Voetstappen inderdaad volgen hem de hele dag.  Herinneringen vervagen, daarna sterft zelfs een kinderlach weg. Wie is er nu op zaterdag ziek? Verder niemand die hem ziet.
Hij droomt zich gisteren aan de muur van grijs genoegen van nog eens een bezoekuur aan de lopende band of een dag die het verdiende een dag erna te zijn.

Gangen nagaan

Hol en verlegen komt schoorvoetend een zachte tred zonder gezicht beneden
langs en sterft voor mijn ogen weg.
De stilte ruikt naar beton dat kil en vorstelijk verlicht de wanden
vorm van dit gewelf
Een poederzacht gezicht glimt in kunstlicht als kerstversiering
voor een juveniele Jezus
Niemand gelooft daarin, vandaar de wolharige teddybeer en iets
dat met kunst en vliegwerk vredeskindje heet
Dat wordt in gedachte geschapen gedecoreerd als mijlpaal ergens
op de spiegelharde tijd van waar ooit pijnbomen voor bestonden
De naalden steken slechts in het geheugen met gelijke snit
als de kunstzinnige pilaren van roodgroen aardige wezens
die nergens toedoen en nergens op lijken
De naaldhak verdiept de ruimte waarin ik zit met een echo
die zij me naliet in geloof dat ergens toe leidt
Geen aanleiding geeft de uitzichtloze tijd te trotseren
die me boetseert tot homp vleesgeworden ruimte
In beslag genomen door een hart en een polsslag verwijdérd
voor wie daar een vinger in heeft.

De man met stoffer en blik staat op z'n eigen schaduw
veegt stof van gisteren bijeen
Zijn leven liegt er niet om,
zo omvangrijk staat hij daar.
Met trager tred treedt zonlicht door de niet bestaande vensters
bleek. De gevels zijn bekleed met koele wind door de beweging
van het menselijk publiek.
Dat steeds opnieuw weer sporen trekt
in dwarrelend en neerdalende mist
dat de lichtharp hier welluidend laat zien
Iemand speelt met mensenlevens
voor koperwerk neergezet

woensdag 9 december 2015

Infuus

De personele staf druppelt gestaag
de kransslagader van dit betonweefsel binnen
het gaat als een getijdenstroom
op ritme van galop de holle gangen door
soms zijdezacht als bloedplaatjes 
verplaatsen de soepele zolen zich
onophoudelijk is de stroom 

er wordt geen onderscheid gemaakt
tussen kankercel of belichaamd goddelijk deel
alles beweegt, loopt, rolt, kucht, rochelt babbelt
zwijgt, hijgt, blaast zich heen en weer

de wanden lichten op gelijk het hemelgewelf 
dat glimmend een stralende dag belooft
bekleedt in weerwil van de dag gaan handen
gepaard, alleen of stevig schuddend op
en neer zelfs verborgen verraden ze nog
of er nog houvast geschonken wordt
aan een toekomstbeeld, dat scheelt.

de voorstelling van  het doordeweekse 
showt bijna als vitrinekast waarin musea
etaleren hoe veelbelovend ook tentoongesteld 
de kunst van overleven overgeleverd wordt
op deze midweeks tegel geplaveide vloer
waar ieder moment zich in bevindt

alleen snachts snakt de stilte naar omhoog
wegstervend galmt een echo zeer
leeg verlaten een andere sfeer.



--

dinsdag 8 december 2015

Ik zie een landweg

En wat mist
een horizon
het gras loopt
voor de voeten
weg je voelt
dauw berijpte
parele vocht
drie bomen links
wat wijdverspreid
ook drie
aan de overzijde
hoe rijk de berm
hier verdwijnt
in grijzer licht
ik dwaal hier
bijna met de ogen
dicht met 10 milliliter
per uur door
en zie hoe rustig
roest mijn pad
met prikkeldraad
omgeeft op rotter
hout dat leeft
van bijtjes die
in nesteldrift
hun holen voorzien
van jongbroed
met het oog
op de toekomst
gericht voor mijn aanzicht
het geduld van de gevoelige
laag van het bestaan
is flinterdunne schijn.

zondag 6 december 2015

Ketelbink

Van potten poetser tot hartinfarct
op een afstand van de vaatkwast
het losweken van de zwarte teer
tot het neerslaan van het oude zeer
dat de wanden van het vaatstelsel bekleed
wat week er meer dan schonerschijn
een thee en koffiepot inglanzend hart
of het slappe lijf dat luchthappend smacht
naar het bevrijdend woord tot kloppend hart
zo opgelucht te weer te staan

zaterdag 5 december 2015

Ontbroken

Daar zit een wrak op z'n gemak
met een a ritmisch kloppend hart
van binnenuit bezien te smachten
naar de eenvoud van het deugen
dat zo smadelijk ontbrak
terwijl op wereldschaal wordt genoten
van het verderf van menselijke resten
waar ooit de samenleving heerste
loopt nu de eenling vreemdeling
te spelen met de scherven
van z'n leven dat hard op weg
is naar een infarct

vrijdag 4 december 2015

Rijvaardig

Onervaren maar opdreef
waterballet en nog niet droog
achter de oren werd ik gewassen
hier luisterde iedereen alcoholvrij

de nachtdienst lag achter me
de late erna maakte dit weekend
tot één paradijs

de tent was een slaapzak
de slaapzak een tweepersoons
matras waarop groenergras
slapen en ontwaken
in het schaamhaar van gisteren
met tien jaar verschil in levenservaring
een momentopname was
drie dagen lang onversneden
club met javaanse jongens
zonder lijm en tussendoortje
dat daar op leek muziek

ik dokte maar anderen zwommen
gewoon over en met regen klonk
de summertime als bijgeloof
bleef love and peace in zwerfvuil
achter net als de namen van bloemenkinderen
waar niemand meer om gaf.



(Kralingen, juni'70)

dinsdag 1 december 2015

Bevallen van de dood

Hoogzwanger kwam ze naast mij zitten
het was buitenechtelijk en ook nog onbevlekt

zelfs de baarmoeder werd genept
toch was de groei voorspoedig
de kiem waartoe snel gelegd

ze was er in z'n geheel 
al door bevangen
toen ze naast me neerzeeg 

ik word van binnen helemaal
uitgeleefd het feest gaat zo
beginnen in dit kraambed

een zuigeling zal het niet
zelfs het geslacht blijft
onbepaald al zuigt het mijn
levenssappen weg

het tijdstip van bevallen
wordt niet zo nauwkeurig
vastgesteld tussen nu 
en nog zowat maanden

ze hebben voor de wiegendood
gevreesd maar helaas die vrucht
liet zich met geen middelen van bestaan
afdrijven;

"zo zal dus ook mijn nageslacht
ondanks het vermenigvuldigend succes
met mij ten grave worden gedragen".

in de kiem gesmoord nu ligt zij hier
opgebaard na barensnood 
ze komt niet meer bij zinnen

geheel ontdaan tevreden wezenloos 
te staren naar een punt waarop
het eeuwig leven schijnt te stralen.



dinsdag 17 november 2015

De lust vergaat

Een ieder verandert vroeg of laat
in plasbuis waar een trechter op staat
een gehaktmolen met een afscheidingsorgaan
gevoed door niets dat nog ergens naar smaakt

zondag 15 november 2015

Een lege weg

Doodlopend spoor
Puttertjes pikken pitten
van de grond

kauwen buitelen
door weer en wind
tegen de achtergrond

steeds gladder zwart
geploegd in voren rond
de kleien ondergrond

er is geen voorbijganger
meer in weerwil van de storm
die het doorstaat zo ongegrond

zaterdag 14 november 2015

U verdient de aandacht met gezwoeg

In het oosten wijzen
ze altijd naar het westen
met de schuldvraag

hoe meer minderwaardig
hoe complexer de god
die het gebod bepaalt

het levensteken is een kruis
waarop genageld of geweend
het ach en wee weergegeven
staat

ze horen bij ons in drommen
te gelijk komen ze godsdienstig
en wel met de middeleeuwen mee

omgordt met waarden van weleer
de vrijheid tegemoet ze gaan tekeer
stellen zich te weer met weer en wil

maar wie hult ze in doorschijnend
waarheden waar alles mag zo als het is
verzwegen worden in deze vrijheid

zaterdag 31 oktober 2015

Eilandje omzoomt met godverlaten stranden

Zachte sporen in een verder steeds verder verblekend vergezicht
zijn gezicht een bijna doorschijnend gelaten vol weeë trekjes
rosé getint maar verder weer verder vriendelijk achter glazen
weke ogen weke mond wijkende haargrens van vloed naar eb
een foto van een verdronken hoofd in de zee van letteren
een van de grote der aarde van de vijftigers uitgeteld
de laatste onsterfelijke van dit ozo poëtisch geslacht

....
(RC)

vrijdag 30 oktober 2015

Een najaar

De boom wordt afgepeuzeld  tot een kadaver
Verschoten van kleur is daar de meidoorn 
die z'n herinnering verhaalt aan voorjaar
Spaanse aak fel begeert in zn bekoren
neemt hier afscheid 
een dolend pad kromt naar het einder

zingevend blijkt alledag een vriend 
gelijk een nabeeld
wordt het hiermee treffend weergegeven
 het beklijft nog even
 voor het zich schikt aan het oppervlak
dat wegijlt van het leven 

woensdag 28 oktober 2015

Doodgewoon

Jaap is dood
hij is gewoon
eventjes eerder
weggegaan

Jaap wist al
dat hij heen 
zou gaan

niet waar 
hij zou gaan

want hij geloofde
daar geen regel van
wougaan al was hij
dat zo nu en dan
vergeten maar toch

nu is hij dood
zeker weten
gewoon als stoppen
met roken maar 
met er nooit meer
op terugkomen

anders dan in rook
z'n laatste adem
door een pijp
gefilterd en wel
met wat rest
de as daar 
draait het om

verstrooid als hij
was zelfs met wat
hij nog wist 
en eerder aangaf
ik vergeet zelfs het vergeten
waarvoor ik dit beleef

Jaap is dood 
voor eeuwig
met lege handen
is hij heen gegaan

daags na is hij verschenen
in de besloten kring verdwenen
worden wij ook nog ingelicht
zelfs hij was dat niet vergeten
vermeldt maar dat ere wie ere
toekomt hier is bedreven 


--


Uitgeleefde tijd

Ik dacht ouder, maar dat is een feit
de oude tijd; een grijs verleden
ouder worden; is gewoon de tijd
alles slijt, wordt sleets, verveelt
vandaar dat oud zijn dus ten spijt
met dank ik had het moeten weten
de laatste woorden sterven weg

dagen zat was ooit een weelde
tot hij het zat werd om aan te horen
hoe het leven hem bij de hand nam
van zijn zijde weken alleen de uren
die vervlogen zonder weet te hebben
dat voorbijgaan overgankelijk is
wordt hij vanzelf
een lijdend voorwerp
maar sterker dan ooit
verwoordde hij zichzelf
telkens weer wordt
iemand schilderij
ook hij staat straks
strak in het pak
wat uitgeleefd
in olieverf doordrenkt
uit te harden tot de termijn
waarover de terpentijn
doet om de indruk te fixeren
van de Wallen onder z'n ogen
tot het trillend lid daarboven
en geen geluid de hapering
laat horen die z'n stem in tweeën brak
de man die het geweten had
die wist niet meer

dinsdag 27 oktober 2015

Het is ontdaan

Dit landschap in een lege boekenkast
vult de ruimte met wat het innam
de tochten vatten nu tezamen 
de watergangen stelselmatig
van onontneembaar wad tot vestingstadje 
het paardje in dr eentje neemt de benen wijds gebaar
het luchten ietwat overdreven adembenemend 
heet natuurverschijnsel zolang het nuttig blijkt voor het gewas
van noodzaak spreekt het dijklichaam
zwaar rustend op een ouder last
van water dat zo rap nog aan de lippen stond
de mare een kanaalpand 
of die kreek verworden
 tot landelijk element
herinnert aan ouder tijden 
dat getij bewegen dood normaal 
ook ontij was


vrijdag 23 oktober 2015

Fraai verwoord

We zijn uitgelaten
ieder nu z'n eigen lot
de stemming zit er goed in
naar de eindbestemming
alle hoop is hier gevestigd
we stijgen op hoger sferen
zo te samen hier verbonden
gorden we de gordel om
dat zijn zekerheden voor even
tot het toppunt is bereikt
dan gaan we los een feestje
drankjes en hapjes worden
al geserveerd alom einder
overal horizonnen naar het schijnt
stralend weer brengt ons
in gedachten ieder voor zich
maar voorzichtigheid is ook
geboden al weet niemand zich
daaraan gebonden zo hoog
bevlogen als wij zijn
bijna onbereikbaar
bijna voelen wij ons
onschendbaar een
geheel met slechts een doel
een eindbestemming
die iedereen voor ogen staat
daar zitten wij praten wat
gaan prat op wat wij bepraten
eensgezind zonder dat wij
meer zijn dan een incident
van entiteiten van een moment
bij sommigen was wellicht
een illusie vervlogen anderen
beginnen er gewoon niet aan
zijn voor de lust of voor de rust
aan de reis begonnen of
ontsnappen even uit de werkelijkheid
of stappen straks vanzelf even
met elkaar spreken af
hoe fraai en zonder franje
in een gevaarte samen gebracht
zitten we te wachten op het doel
dat wordt getroffen sterker nog
geraakt zijn wij gewenst geraakt
aangedaan en aangeslagen
spat in een klap een droom
van het zilvervisje uiteen
die wij koesteren in scherven
van geluk er wordt om ons
gevochten wij zijn in de vreemde
zonnebloemen bloemenweide
in zoveel stukjes uiteen vereend 
geveegd gesprokkeld en verdeeld
stuk voor stuk en beetje voor beetje
zijn wij nu ook herinneringen
van een niet nagekomen afspraak
er mist nog iemand maar verder
is iedereen er wel geweest wij
zijn tot een lijst verdicht
en voorgedragen zitten wij
weer bijeen beetje bij beetje
worden wij alweer vergeten
al zijn er gelukkig ook nog
nabestaanden die ons weten
in een toedracht op papier
die geschokt wordt voorgedragen
bij naam genoemd stukje
bij beetje zijn wij hebben wij
een eeuwigheid geleden
met de achterblijvers
die zijn gebleven
in woorden samengevat
een fraai geheel
wij zijn uitgelaten
ik ben bang dat ik
nu ook nog maar ten dele
ben en wij te samen  ook
niet meer zo van elkaar
ontvreemd verleden

maandag 19 oktober 2015

De datingzitter

O woordenschat
 o woordenschattenbout
ik sleutel heel wat af
hoe of het past 
of ongepast
toch met haar
kruiswoordraadsel
gaat kletsnat 

of spreekt zij
speekseltaal glad
in die zin van haar
in haar cryptogram
waarachter schuil
zoveel naakte waarheid
staat daar nu de ware zin

waaruit puzzelstukjes ik
gebroken of geraffineerd
al die lettergreepjes van het vak
volleerd hier voor alle leeftijden
presenteert voor de hoofdprijs
voor rebusman die van klussen
aan de hokjesgeest 
waarin de geest der letteren
goedschiks nog iets past wat ik
laat lezen hoe zij smacht 
ik uitgelezen weet 

ze is alleen
ze is alleen maar
ze is alleen maar voor
of juister nog het tegendeel?

zondag 18 oktober 2015

De man verzinkt in diep gepeins

Hij maakte van confetti z'n eigen
sexbom die ontplofte in een verhaal
dat hij om haar verzon 
ontkleedde feiten bloot tentoon
zoals het huid en haar betaamde
in het openbaar opgebaarde 

alles werd iedereen en niemand was
hiermee tevree van zoveel ontluisterde 
feiten waarmee hij zichzelf genas 
en las en was weer een geheel 
in zes ledematen delen van het geheel

zoveel schaamteloos bloot is nooit vertoond
niet uit een stuk maar doodgewoon
een fragmentatiebom kwetsbaar kwetsend 
kletsend 
over iedereen gewoon omdat hij daarmee
alleen 
heel doodgewoon 
zonder neuken het kind verwekt 
dat snakt naar liefde in een context 
de schalkse profeet die het klaarspeelt
hoe ik nu weet hoe hij het deed

en zij ach zij
zij staat erbij
afgedrukt en wel
een lekker stuk dat wel
je zou wel willen weten
hoe zij voelt wanneer zij
uit papier bevrijdt
geen foto blijkt maar meer

(KOK)

Zoveel meer

Even was ik zoveel meer
De reddende engel papier
De woorden dropen van mij
af ik was 
van ritueel nu serimonieel 
een parallelle werkelijkheid 

tot tranen toe bewogen 
vervloeide alle zin in mij
o onleesbaar teken ik
doordrenkte drenkeling
nu enkeling of woordenschat
ik vraag mij af
van iedere letter
die ik in mij had
troostend
tot meedogenloos en troosteloos 
vodje op een warme steen
gladgestreken stralend
in de zon te drogen
geplooid gekreukt geheugen 
dat hier nu wordt gelezen
door de wanhoop en de dood
slechts denkend aan zelfmoord

maar geprezen nu deze regels
zien als schelle koord waaraan
geen strop maar klepel hangt
die eindeloos weet heeft 
van de hand die uitgeschreven
uit dit stuk papier de reddende 
engel was van de enkeling
ik was niet meer

zaterdag 17 oktober 2015

Het rouwdier

Haar paps legde alles vast
als door het oog van de orkaan
gegrepen verliet hij het leven
het ging hem aan het hart
dochterlief verdroot het zeer
hoe toch haar hartendief
er tussen uitgeknepen
haar verried verruilde
voor het eeuwig leven
ze nam de vlucht met vlerken
die in plaats van ruige sex
of nog meer reizen om te verwerken
tot zich nam
de havik op de wieken
hoe tammer het beest
de wilder de geest
kwam zij nader tot hem
dier natuur haar zo lief
terug gaf wat was verdreven
een nieuwe wildernis
kroon op haar schepping
de papieren tijger
een roofvogeltje aan banden
staat alleraardigst beschreven
versnipper het eens dan komt het
tot leven.

Het wassende water

De verwarming knalt als een jager
ik lig op de loer voor dit schiettuig
maar kom er later op terug

omdat het zingen in de buizen
niet te vergelijken valt met buizerds
die onder het genot van de thermiek
het beter zien dan ik hier in de warme
golfstroom van gebakken lucht
dat uit de radiatoren vlied

terwijl de botjes kraken in de klauwen
van het muizennisje met verdriet
dat het leven liet in ruil als prooidier
voor het roofdier dat achter glas hier
van geniet bij kunstlicht

het water raast onverschrokken voort
de regen droop van iedere boom
en lichter dan lucht vervluchtigde ook
in mistiger taal op mijn gehoor
de weemoed van de roofvogel
afstervend naar omhoog

Drugsdode

De baronnen vieren feest
laten alle poppen dansen
weer een dode in de stad

wat had Mokum toch verwacht
met dag en nacht te feesten

komen ook de beesten van stal
stelen de show en stelen het leven
de jong gedienden dienen zich aan

ze willen doorgedraaid gewoon weer
verder aan doop onttrokken
gezegend er mee ten onder gaan

dansen op het graf van lijken
schijnt zoveel licht niet te breken.

De kamerleden

En daar staan ze dan
ladderzat op aantreden
de dames eerder dan de heren

komen ze de spuigaten al uit
of was de ridderzaal slechts
een toneel voor't kruisen
van de degens

bijeengedreven leden
van de staten generaal
pardon vereent

door voorzitters en tegenvallers
opgezadeld met vertegenwoordigen
van geest en andersoortig vlees

ze zullen moeten meebewegen
desnoods anderstalig of met
andere woorden wat niet buigt
dat breekt gewoon weer in tweeën

zaterdag 10 oktober 2015

Ze las

Op het juiste moment geschoten
legde zij haar betraand gelaat
voor eeuwig vast, zeg bevroren
immers de traan bestierf het 
onverdroten om daar zo hard
zowaar parel gelijkend glazig
door poëtisch geweld te voorschijn
getoverd daar woorden van smart
vertederend zacht haar te beroeren
dat diep verdriet dat onomvloerst 
genot van zielenroerselen laat haar
zo smadelijk onbeschaamd de vrije
loop gesmeerd de melancholie 
van de toonhoogte verschoond 
weer verder gedicht en wel te dromen

maandag 5 oktober 2015

Van eerder

Terwijl ik uitkeek 
om niet teveel op hem te lijken 
voelde ik mezelf bezwijken 

onder het alledaags geweld 

der dingen waarmee zo gerieflijk onderscheid van jaren
 vanzelfsprekend leek 

het verzet van generaties 
week onder de indruk 
dat ik zag verschijnen
waar hij eerder liep

ik nu aan voorbij ga
hij mij riep je komt
me nader zo bekend 
voor meer dan onze schaduw

waar ik kopschuw nog naar opkeek
hoe handen konden raken 
met loslaten verloor ik 

mijn evenbeeld uit het oog
we trotseerde jaren samen
ik hier met de hereniging aan jou

hoe zou jij het maken 
wanneer wij
samen konden waken 
over wat ons bindt

vrijdag 2 oktober 2015

Het nood ledigen

Dit moment van zuchten steunen piepen
kraken kreunen en lijdzaam dragen
onderwijl elkaar bevragen over tandenknagen
altijd weerom en terugkomend praten
van de klachten die de tijd verbijten
waar menigeen verveeld van feiten
zich verdragen tot het leven omwille
van leiden zichtbaar valt te vermaken
tot een stil moment van zonnestralen
dit ongemerkt vervagen dat verstrijkt
loom en langzaam verstervend traag

donderdag 1 oktober 2015

Moeders liefste

Bosssig nog op elkaar schaduw
gelijkend gaan zij aan zij zij
bijeengedreven stamboek
keurslijfjes soms al een maatje
groter echter de tijd is nog niet
rijp aan hun besteed

meer dan afgericht
op wie ze onderling moeten zijn
spelen ze geen doktertje meer
dokteren wel steeds meer

haar op haar zwaait zwierig
achterover achter elkaar
spannen de spijkerbroeken
op het zadel volmaakt de ronding
van het vrolijk lachen hoor wie hoort

wij komen rap of zijn al bijna klaar
op wereldschaal breken wij open
ontpoppen ons en zijn alras geknipt
gekapt geschoren op de juiste maat.

woensdag 30 september 2015

gepasteuriseerde tijden

Het kalf lijdt geen twijfel
eet zich zeker het gemaaide gras
voor de voet van agrariër weg
de volle maan in al haar glorie
rijst gloedvol aan de ragfijne horizon
het feest van kleurrijk sterven
ligt ten grondslag aan de reis
waar de vrouw het op haar heupen
heeft gekregen om ontsmet en wel
onder het mes te eindigen
eenzaam maar behaaglijk zwerf ik
verblind door tegenlicht
over een dijkje zonder rede
huiswaarts door de grazige weiden

eeuwigdurend vuurwerk van het avondrood
weerspiegelt een graad of zeventien
van een stralende ochtend in het najaar
van dit leven op een elzenpropje
ergens tussen houtwal en vergankelijk hout

zaterdag 26 september 2015

Naar buiten toe schijnt alles

Er zijn mensen stuk aangegaan
ze waren aangedaan 
verder gegaan
maar telkens kwamen zij 
zichzelf tegen

de tijd verstreek heel gemeen
en de ruimte bleek steeds leger
hetzelfde steeds verder weg 
geschreven
hoe stiller hoe beter te leven bleek
eenzaam een grote leegte.

vrijdag 25 september 2015

Ginds wat Hinden

De kim dat reepje licht dat door de mist het land versiert
wat schichtig op het eerste gezicht verschijnt de hinde
op de kale akker waar eerder nog de goudaar wuifde
maar naakt en welhaast onbeholpen dit wicht haar
hoofd met wat gebarentaal omgeven neigt
soms opvallend licht keerzijde zij zich witter
de spiegel waar zo weerloos haar aanwezigzijn
bewijst dat stiller riet zo roerloos haar weer
uit het zicht verdrijft op dat gerichter schot
z'n doel voorbij schiet van de loop waarop zij
op haar vlucht de spreeuwen opschrikt
op een wolk van leven uit het land weg drijft

Verstuurd vanaf mijn iPad

De vervreemdeling

Ik ben de ramptourist die aan uw tolerantiegrenzen verschijnt
de badgast die aan uw kustplaatsen getijdenwerking geeft
die leeft van noodzaak en op u kost de pot verteert 

uw bestaanzekerheid verbleekt terwijl uw vruchtwater
doorbreekt verdrink ik m'n kind in de barensnood 
die bij u strandt en ons een verschijningsvorm geeft

ik ben dat randverschijnsel dat bloedrood naaktstranden van waarheid  
kleurt met het stukje ondergoed dat aan uw scheermesdraadjes geregen 
zit dat vleesrestje in uw gebit dat stierlijk vervelend uw mondhoek
vertrekt tot grimas op uw gezicht met mijn aanzien van het gelaat
wat mij aanstaart alsof ik de vervreemdeling ben die u niet ziet

donderdag 24 september 2015

Nu je niet meer thuis kunt komen

alles achter je ligt te slapen rustig ademend gras
dauw berijpt dor haarijs uit kernhout schimmelt
je dooit gewoon in ochrendzon onder mijn handen
weg een pluim bij't spreken die ijlings vervliegt
woord voor woord je naam weerkaatst in echo's
sterf je weg of is dit slechts een doodlopende weg
waaruit niets meer weerkeert dat hier is geweest

De vervreemdganger

Ik ben de ramp die aan uw tolerantiegrenzen verschijnt
uw bestaanzekerheid verbleekt terwijl uw vruchtwater
doorbreekt verdrink ik m'n kind in de barensnood
die aan uw kusten ons een verschijningsvorm geeft

ik ben dat randverschijnsel dat bloedrood uw stranden kleurt
het stukje ondergoed dat aan uw scheermesdraadje geregen is
dat vleesrestje in uw gebit dat stierlijk vervelend uw mondhoek
vertrekt tot grimas op uw gezicht met mijn aanzien van het gelaat
wat mij aanstaart alsof ik de vervreemdeling ben die u niet ziet

ontsterven

nu het leven een lastdier schijnt
onnoemelijk zwaar te dragen
alles gebukt gaat onder vragen
nietsontziend het einde nadert
met alles verder achter laten
rest de opgewektheid van 't kind
dat eindelijk zijn weg weer vindt

Kun stst ukje

Er hangt een schreeuw in de ruimte
bevangen tussen muren en behang
van niet aflatend verlangen hoe toch
de stilte daar van afhangt met zwijgen
over al hetgeen en al dan niet

Een hand opleggen

Laat de kinderen tot mij komen
met een hand op het kruis
gods zegen gaat gepaard
met de liefde die hij bedrijft
hoe de herder zijn schaapjes
hoedt daar lijdt geen twijfel

woensdag 23 september 2015

Najaar

dinsdag 22 september 2015

Zaad

De hand was er verrukt van
 toen het kwam
bij het krieken van de dag
dat alles in vuur en vlam
ontsproot het met geweld
dat nog niet de daad betrof
waar van het vruchtvlees
zo geraakt niet meer tot
bedaren kwam eerder dan
geheel ontdaan verwelkt
de kelk er dorstend haar
gelijke in hem trof 
de hand nog overspeelt
zijn lot dat voor genot 
de huid weer naakt die
hem hier in extase raakt

zaterdag 19 september 2015

Op z'n Frans

Een hokje in een ruitjesschrft
is geen gezicht
voor een man die schuil gaat
achter woorden
iedere toehoorder ziet hem
staan volleerd jonglerend

met wat vlieg en kunstwerk
bijdehand is hij de man
die wat gewapende vrede
brengen zal of zal hij ook
sneuvelen in beschouwingen
hoe geveld een oordeel
toch de waarheid achterhaalt

want de man is veelal alleen
de enkeling een woordenschat
overspoelt door de vluchteling
en drenkeling in digitaal
op drift geraakt een stroom
die iedereen meesleurt
in zijn verhaal hoeveel
feiten ook hij ontbeert

een ramp of spoed hij doet het goed
hij staaft en draaft soms met een traan
als maar door in goede hoop
een zegen voor de mensheid
dat leven geeft met een handgebaar


donderdag 17 september 2015

Hier zijn wij

aangeland
er is geen weg
terug 
zelfs de afslag
is keer op keer
een kruispunt
dat is gezet 
de zeestraat noch
de snelweg noch
alles wat op straat
beweerd wordt 
is een vluchtstrook
want de afslag was
doodlopend spoor
waarlangs teveel
dwarsliggers zijn
het verkeer 
van mensen 
gaat
 steeds meer die kant op
waarop geen terugweg is

zondag 13 september 2015

Als de dood

Al toen er nog niets in het verschiet lag
was hij daar al
mee bezig om het voor te zijn
soms sloeg hij zelfs de oude dag daarvoor
nog over zo als de doods was hij
te moeten leven 
in een huis dat daarvoor
niet was
ingericht om de oude dag 
te kunnen voorzien 
overzien met wat moet komen 
met wat hij aan zou kunnen
met wat hij zeker nog kon
beheersen als een levenswerk 
een lot zijn
maar liever uit de loterij
voor het gemak en voor wat
er nog gaat komen liever zelfs nog 
dan de tak van een oud geslacht
waar hij zich op kon beroepen
zag hij met zorg uit naar al die 
hulpbehoevende vragen dat
ook hem op het lijf geschreven is. 



zaterdag 12 september 2015

Aan de kust

het is drukkend druk
drukker dan eerder
zo drukt de krant
het af en uit
de zee vergeven
zijn haar zonden
braakt mensenlevens
te kust en keur
voor wie gestrand
deze levende have
badgasten wil zien
we verdrinken er bijna
in zoveel vertier is
zelden nog vertoont
bevrijdt zijn van de tijd
dat kommer en kwel
bij eb en vloed
de zeereep overspoelt

woensdag 9 september 2015

Uitruil














De zomer ruit haar windveren 
hand in hand danst de dageraad
met het nachtgewaad 
op het streepjesbehang 
een getinte werkelijkheid 

de vogels aan de waterkant
nippen kringen in hun gouden bad
dadelijk wordt het weer betoverd
tot een hemelsblauw gat
weergegeven als een smetteloze dag

de bladspiegel pleegt verraad
nu de schrijver deze eenzame pennenstreek verlaat met de hand
aan zichzelf te slaan 

het nazomert nog wat 
met het gemis
druilerig was meer 
gepast op zo'n stralende dag 
behoort niemand vaarwel 
te zeggen al blijft ook een behouden vaart een zegening
 onder het ganzengezang
 dat in formatie zeer gepast 
eerder afscheid nam.

dinsdag 8 september 2015

Hoe haalt i in zn hoofd

Joost mag het weten hoe
samengevat het leven is
dat wordt geleden 
tor er geen houden 
meer aan is 

(JJWZ)

De schijn

Voor dromen heb je niets nodig
zelfs niet met ogen open kan je zien
dat denkvermogen niet noodzakelijk is
het is haast onmogelijk te komen
tot een punt waar in je zeker bent
of jij het bent die daarin voorkomt
of voordoet komen het te zijn
een kind aan de waterlijn
die alweer verdwijnt voor je ogen
je zelfs niet in ziet hoe te voorkomen
dat de droom geen illusie is
je ontsnapt er even aan met schrijven
dat jij zoveel ouder bent maar
in je dromen overleef je niet
het kindbewustzijn dat in je zit
te wenen met wat zonder dromen
ook is geschiet of geschoten zo je wilt
vastgelegd voor wie je van
de stoutste dromen voorziet.

Bakermat van de beschaving

ligt nu (bijna schaakmat)
in een patstelling van grootheden
plat gebombardeerd

gebukt onder de last
van vervluchtigde dromen
horden pionnen sneuvelen
in dit spel
waar op het bord
de koningen keuvelen
wier macht niet verder reikt
dan de hokjesgeest waarop
hun stukken staan opgesteld

maandag 7 september 2015

Op 1 stapelen van feiten

Het was nog nooit zo schoon als nu
verdichte de stad zicht in dit licht
een adempauze verder was de lucht
bevrijdt van't fijnste dat er zich in bevindt
stof tot nadenken schonk het hem 
dat met z'n velen hij hier zonder verveling
alles door hem reed en dat ten dele hij
zoveel luchtiger dan ooit van dit helder
ogenblik geniet waarin zonder traan 
te laten een nog grotere verdichting 
in het verschiet hem de aardkloot 
doet bevolken terwijl juist daarmee 
de aarde naar de kloten vliedt 

Geld als water

Toen de zeereep nog de Goudkust was
waar wettig nat betaalmiddelen lagen
voor het oprapen en geluk zijn vinder
vond met de luisterrijke behuizing
van een weekdier en iedereen gelijk
het recht had te vinden wat hij vond
kon kopen wat hij wou met de resten
van het zeebanket dat geschonken
uit de branding hem voor even koning
te rijk maakte tot de buurman later toch
een mooier schat uit golven gedolven had
was iedereen slechts schatplichtig aan de zee
en niemand zat daar verder mee dat parelen
en kettingen aaneengeregen kapitaal
verstaan werd als een zegetocht
langs strand en wad er verder nog toe deed.

Je hoort de vogeltjes de lucht de kust het wad
nog aan elkaar babbelen tot zachter tinten
grijs dat vanzelf weer diep bloedrood verzinkt
een winderig luchtje stak de kop op en
blies zowaar wat zand in de ogen aldaar.

Thans ach thans is geld als water
gelogen alsof het gedrukt was
op de bank die het verstrekte
aan de welgestelden en zo meer
die daar al in zwommen en verdronken
terwijl de armen nog verzopen erbij
stonden met de benen nemen naar de zee
om uit pure nood de overtocht te wagen
desnoods tot in de dood een horizon
zagen die uitmondde in een nieuwe goot
waaruit de mond gestolen weer het brood
met bedelen en smeekbeden wordt genoten.

zondag 6 september 2015

Vandaag ging ik er eens op uit






























Dat was gisteren, naar een zoete suikerbol,
spinrag van het fijne leven dat ook mij omgeven mag.
Verstrikt, verstikt verslik ik mij in dit gegeven
(Ik leesteken verder niets meer in dit schrijven, immers een punt wordt niet behaald, laat staan geschreven)
hoe ragfijn geweven ik daar ingewikkeld door die draden heen
gesponnen ben in mijn cocon waarin zo zeker nog mezelf veilig
waande tot bleek dat ik reeds leeggezogen door anansi
die alle kennis tot zich neemt
er ging een data rush vooraf van beelden
die als gegoten zo goed geraffineerd gelijk
de suiker eerder hier nu in de gevoelige lagen op papier
mij voorgeschoteld worden als kleverige zotterige zoetheid
die de werkelijkheid nu eenmaal in dit tijdsgewricht
mij tot doorschijnend licht laat liggen op de eeuwigheid
ach straks vergeten ik even dat ik leef en
weet mij zeker dat wat ik hier schrijf
niet analoog was op een bladzijde
van een schrift maar een digitaal
onleesbaar geheel van codes
in mijn virtualiteitje van banaliteit
en plaats de schop weer in de aarde
steek de slak z'n weke delen door
veeg het spinrag meteorologisch gezien
in deze herfst van mijn leven af

Hier rust het werk vol hoofse zaken


Op mijn schoot een atlas van welvoegelijkheid
De geletterde doordachte man doorwrocht 
van futiliteiten en rariteiten wat hij met taligheid 
vermag. Zijn woordenschat onneukbaar hard 
zwart op wit met gladharder kaft. 

Bezield, zover onkreukbaar vel dat in zich heeft, 
is hij de lettergeest en eveneens gepromoveerd 
tot hoogste dundruk van het intelligentste feest, 
dat op de academie van grijze cellen wordt onderwezen.

Ach de man, bijna autobiografeert hij zich nog
maar geluk valt hem ten deel dat zoveel deugd 
nog schaamteloos naakt wordt uitgespreid 
in voegwoorden tot één geheel wordt saam gesmeed. 

Neemt eet en gedenk dit vlees 
dat droger leest dan men vooraf vreest, 
het is vers en even later is men zwaar beschonken 
van de wijn die gelijk bloed dat morsig is gelekt 
zwarter blijkt als harde kost die nog thans 
moet worden verleerd.

donderdag 3 september 2015

Oorlogje is kinderspel

























Het zou een zandkasteel lijken
maar werd een peutertje
met vier miljoen mensen gelijk

niet spelend op het strand
schuitje varend theetje drinkend
welvarend naar de overkant

er waren twee bootjes
voor nodig om ontwapenend
over te komen maar helaas

niets wordt zo beslecht dan wijzen
en verwijten hoe de zee
dode kinderen baart

zonder zere plekken
was het leed geleden
de wonde al genezen
het verwarde water
kalmer dan voorheen

maar laat Hem 
in godsnaam 
daar
 en 
alleen de kinderen komen
want uit zijn naam 
gaat iedereen er aan
want zij hebben enkel
onschuld in hun handen
dragen ontwapend zichzelf
uit het land waar niemand telt
en iedereen z'n handen aldaar
in onschuld wast met iets
wat hier 
op vreemde kusten strandt

woensdag 2 september 2015

Het ziet er naar uit

Van niet weten wordt men wijs.
Laat iedere punt verweken 
tot komma of mooier vraagteken.
Men neme, of maar ten dele geven,
aandacht aan het wezen van de zon.
Daar onder verbleekt onvertogen 
ieder woord tot speling 
van wat eerder al
is geweest. En naar het scheen 
kan alles in de schaduw staan 
met wat is
geweest.
Het gewone leven op de gewone aarde 
de gewone gang van zaken onder de zon
in het licht van iedere woord dat is 
gewogen zelfs van de onderste steen
of de hemel daar boven.

(Vrij, maar onverveerd, naar WS) 


maandag 31 augustus 2015

Wechelaer

Het land dat onder de Ploeg nog rustig lag
met huizen ook de zekerheid genoot van eeuwen
onbewogen blijven staan vergroeid in jaarringen 
kern na dorpskern uitgedost rood steen
de kleuren van het jaargetij in okergeel tot
zwarter klei dat de winters warmer maakt
bonkig gehoekt en later weer kapot gevroren
rulle aarde dat groen gekleed kiemkrachteriger dan ooit
een lentebeeld versiert 

onaangedaan het hoge land dat roerloos 
tuurt van horizon naar dijklichaam 
schokt schoudert thans op bewogen grond
ziet hoe de Groninger kroon haar scheppershand verliest
in bouwvalliger staat verloren gaat 
met wat de bodem haar nalaat 
de zekerheid van standvastigheid
dat nu te fel bewogen teloor gaat
in een magere tijd dat het gewin 
slechts tekenen van verval aanbiedt
dient van rijkswege ook de andere kroon
haar zeggenschap dat nu de slopershamer hanteert
onteert het land dat op palet van olieverf
nog nimmer van de gasbranders rept
die leeggezogen Groningen verliet  

zondag 30 augustus 2015

Het mag geen naam hebben

Hij verandert van formaat
omdat het hem zoveel beter staat
niet dat zijn postuur daar onder
gebukt gaat maar slechts
het negatief dat ook beter past
rechthoekig blijft het sowieso
het zit hem in de zijden
wat wijzigt is het vierkant
dat is waar de dichtkunst
wringt en hij ach hij
schrijft zichzelf een weg.

zaterdag 29 augustus 2015

Achter de glazen

De dichter verzint vrijwel niets
in zn troebele poel 
van zelfgenoegzaamzijn
staart hij rotsvast in zn spiegelbeeld
snavelt er scherpgebekt de goudvis
voor de vuistregel weg die hem 
welgezind mans genoeg lijkt 
om wereldkundig gelijk de profeet
blijk geeft van zijn zieners blik
hoe scherpgericht hij richter noch reiger
slechts pennenlikker blijkt op het tablet
daar niets dan digitaal maar onverlet
zijn vluchtig leven prijkt 



R

woensdag 26 augustus 2015

Mannendag









Vandaag is een heuse kereldag
de man is overal waar je hem verwacht
van klasnikov tot voor de klas

of linkser nog een politiek dier
het hoofd ophol gesneld en wel

de krant staat bol van deze sekse
die het weer maakt waar eerder nog

de vrouw voor stond op 100 meter
staat de vent weer een stuk beter
voor het vaderschap tot leiderschap
van alles met geld of gewoon domweg
voor de grap

zondag 23 augustus 2015

Op dit gegeven

moment hapert de vraag
stokt hij in de luchtpijp
verslikt de tong zich

nog even in ademnood
blijft het hart steken
leeft een kramp zich uit
in paarsgewijs beven
komt iemand in je leven
die er niet meer uit wil
ben je er samen niet meer
uitgekomen waarom toch
in elkaar gedoken zitten
en toch nooit meer
bij elkaar kunnen raken
al was het maar voor even
dat huid en haar zijn
met z'n tweeën even.

A

Omdat het feitelijk
spreekt ze heel
zinnelijk gelijk
plooit haar
lippen heel
gewoon en loopt
door in haar kledij
zij aan zij slaakt zij

een zucht van verlichting
het licht doofde daar zo
van bloot gegeven dat
een naakte waarheid
blijkt het willen behagen
zingeven is een lustdier.

Uit het leven gegrepen
is ontluisteren op gevoel.

Gewis

Even dacht ik dat hij het uit het oog verloren was.
Maar gelukkig kwam uit het wit van z'n linker ooghoek
de pupil weer te voorschijn. Daardoor leek hij voor even
de draad van het verhaal weer op te pakken. Terwijl hij
me net beweerde hoe zeer het hem speet dat zoveel
vergeten het leven onmogelijk maakt. Het leed geen
twijfel dat zijn verleden steeds meer uit het oog verloren werd.
Uitkijken met waar je loopt, het zijn de benen die
niet vergeten zijn te bewegen, al is van de voet af
bezien zijn aanzienlijk verschijnen wankel evenwicht
dat de laatste dagen nog moet nemen al voor hij
z'n verjaardag nadert met rasse schreden, een
bijna onneembare veste voor een levenseinde.

zaterdag 22 augustus 2015

In t echt

was t nooit
dus van breken
ook geen sprake

toch kom ik
ze nog weleens
samen tegen

in de media
waar overdreven
zoveel over op
gegeven is

dinsdag 18 augustus 2015

Ze hangen bijna te koop

Zo diep en uitgesneden is dat beeld
gelijk rijp fruit en pruimen tegelijk
ze zwieren in een zwoele bries
luchtigjes bungelen voor m'n neus
de geurige gekleurde werkelijkheid

ze loopt er mee te koop als ware
het de vruchten die op de markt
het meeste opbrengen met te kijk
een ieder en nog zoveel meer
weet hier gaat de lust gepaard
met zomerse luidruchtigheid
van drang en durf te oogsten
al hetgeen van de geboden waar

zondag 16 augustus 2015

Afslankelijkheid

Mager, haar gebit past nauwelijks in haar mond
haar lippen spande witter dun gevangen in tere plooien rond haar glimlachend woord
haar losgezongen verse taal spreekt iedereen wel aan 
met zoveel intimiteit raakt onbevangen nog de toeschouwer geïntimideerd 
timide zit zij in zichzelf bloot gelegd 
voor mij ten voeten uit hier op papier
een naakte werkelijkheid van wat zo minzaam leek maar zachter is wanneer
door haar wordt uitgesproken. 

maandag 10 augustus 2015

De blinde geleide

er is zoveel dat niet gezien wordt
zoveel ongezien voorbij gaat 
veel dat uit het zicht verdwenen is

er is een blinde vlek ontstaan
veel ellende schuil in duister
gaat slechtziend daarin te keer 

zelfs overdag wordt niets meer
waargenomen van wat verborgen 
is dan het wegkijken in verveling

van de eenling in veelvoud valt 
dan ook niets te vrezen dat 
het grootste leed genezen kan 


--
hakuna matata,

ries.

zondag 9 augustus 2015

Postume knapenschenner

het is de grijns die eeuwheidswaarde heeft
laken en pak dat zij daar deelden met plezier
god die meekeek moet genoten hebben
hoe herenleed bedreven werd met consumeren
van het tjonge jongen maagdelijk vlees

het is of was de lust die duivels vers
tot hen kwam in zaad geschoten daar
ontknaapt de onschuld zich verliet

tot groot bisschoppelijk stuk verdriet
dat straf in leer gestreng de roede roerde
niet beroerd was om godszaad te zaaien

het is de wrede akker van omploegde grond
waarop in de kern toch zo gezond het kind
ontkiemde tot vruchtgebruik uit naam des heere
die leedvermaak liet smaken in gestrengheid

van de leer waar nu z'n kloten het is kut
aan de grote klokk gehang hemzelf van kerkvorst
tot schandknaap maakten hoeveel hij ook
zich in zijn gerieflijk graf daar nog voor omdraait

ach de heren hebben zich misdragen al waren zij
misdienaren die van de reet een lustgrot maakten
waar uitgesproken zij zo fel op tegen waren
om in de leer van paringsdrift zichzelf niet meer
blind van woede in de ogen kunnen staren

--
hakuna matata,

ries.

vrijdag 7 augustus 2015

Twee strepen voor

Er staan 2 strepen in de rij
De een vervaagt er bij
De ander trekt nog even door
Dan gaan zij even voor de zon
Vervluchtend op in de blauwe lucht
2 strepen waren daar
Even samen tot reisbesluit
Maar nu is de bestemming
Weg een blauwe waan waar
Iedereen ver vandaan is gegaan

maandag 3 augustus 2015

Verstervend vers




in eens valt de stilte uit de lucht 
een rookspoor verraad de hemel
waar anders blauw ligt nu in t wit

de verraderlijkste werkelijkheid
van de migrantenstroom gelijk
de overhitte aardkorst daarop

de gletsjers smeltend in de zon
ontdooit alles tot watersnood
waar de lippen nog prevelen 

kale rotsen sinderend eroderen
wuift de badgast in de zeespiegel 
vanaf de zwoele schans glijdt

in duikvlucht de stormvogel 
naar beneden op de branding
z'n roep verstomt oorverdovend.




--
hakuna matata,

ries.

donderdag 30 juli 2015

Ze gaan

Stuk voor stuk er blijft er geen
geen spaan ook heel van t weke vlees
dat eens zo olijk declameerde of al
creperend jeremieerde over lot
en het geval dat ze man maakte
hun geslacht van opstandige 50tigers
die vreselijk Mokum tot uitvalsbasis
hun kamp maakten van waaruit
de letteren Kris en Kras ten gehore
gedragen nu verstommen in hun graf

(SB)

woensdag 29 juli 2015

Mijn hemel

de aarde rust goed uitgedost geel getint scharlaken
de lucht klaart naar het einde voorbij inktzwarte buien
de zilverschone weemoed vervliegt in helder wit verschijnen
de hemel tint zo stralend in de weerschijn van de meeuwen
de vlucht omhoog in tegenlicht dwarrelt naar beneden
de eindigheid van leven tekent hier voor eeuwig
de stille schreeuwt van deze stoppel lege akkers 
de geoogste tijd verademt hier toe helder zwijgen


--

zondag 26 juli 2015

Dietszland

de taalgrens is omstreden een weversfout
maar ergernis is ook aan mij besteed 
gelijk een dode schrijver ontwijd wordt
door een achterneef die ontleedkundig
voorbij zondig genot Gods gebod met voet
getreden wordt met ach en wee

terwijl onderwijl een bejaard meisje achteloos
ijsjes eet in de leeggelopen winkelstraat 
een dichter vult pagina vijf met vlijt over
een gitaar in aflevering drie mijn god
was hij maar dichter gebleven met zen
en de kunst van rockgitaren te slopen

sterke verhalen en straatbeelden 
alles franje halen de scherpe kantjes 
maakt de randjes wat minder scherp
men raakt bevrijdt los en lenig zwierig 
om het keurslijf te ontdoen van deze tijd
we willen dan ook een worden en opgaan
met Vlaamse friet uit Hollandse piepers

zelfs een vent met jakobsschelp loopt schriel
langs gebaande paden bewegwijzerd 
aan de hand van de routebeschrijving 
België te doorkruisen op arme voetekes

het is knokken om in met namen aangekomen
als schijnheilige in een klerenzaak van een eens
zo weelderig gasthuis uit een grijs verleden
een dijkcoupure verderop is de grens

waar dit tweetalig land verlaten kan worden
en moet verder in het Frans geschreven worden

Hollands diep is dan allang vergeten 
opgeofferd aan de havenbaron rust daar
in stervensnood een malle Moerdijk 
een truttebol aldaar die van vleselijke lust
een pan voor de kop houdt bloederig 
als malse biefstuk staat zij daarbij

dit is non fictie aan de keukentafel 
van de schoonmoeder die adviseert
nimmer aan de korst beginnen 
wanneer de pizza nog genoten moet worden
over het zoete gif dat ons bedreigt

liever uitjes met z'n allen voor het meisje
van plezier dat pal achter de letterzetter 
kuis met de benen gekruist teneer geniet

van de gedachte of de geliefde al is uitgevreten
want die snoeper vindt overal schaafijs 
zonder verlof ook buiten kantoortijden te versmaden

maar dat stoort de taalkundige allemaal niet
die Hollandse kost ontleed op teruggeschroefde 
ambities waar iedereen ontzuild en wel leed

zo wandelend door de tijd haalt iemand 
het in zijn dolle hoofd om met Stalin op te proppen 
te komen vertaald en wel mijn god wat lekker
leesbaar dit hoe ook een slager uit het abortoir
waar hij hersenbloedend in zijn eigen uitwerpselen 
gelijk de Rus betaamd lag weg te kwijnen

er is nog hoop voor een volk dat weer gebukt gaat
terwijl de laaglander het bruin bakt met zonnebrand
dat op z'n retour nog afgedekt kan worden met crème. 

donderdag 23 juli 2015

Waterrantsoen op het menu































Je moet er voor tekenen
om drinkwater in de kroeg
voor je kiezen te krijgen

zelden keek de barman
zo zuur dan zoetwater
te schenken in plaats van bier

het geeft ze geen sier
om dit kostelijk vocht
uit een watertappunt
te putten want dat is
het toppunt van plezier

maar het grootste tekort ooit
de watersnood zelden was het
zo droog in twintig jaar nog niet
dat een ieder zijn gezeik moet
staken over dit neerslachtig feit

dat met al dit gewurm de merel
zelfs zijn kost meer met worm
bijeen kan scharrelen op grond
van diep overzomerende pier

bij deze waterstanden staat
niemand meer te watertanden
van de watervoorziening die
ons anders haast verdrinken
laat wat nu wellicht slechts
in de kroeg voortvarend gaat.

dinsdag 21 juli 2015

Titanenstrijd







































_____________________________________________________________________________

De beste zijn 
doe je voor iedereen
Tevreden uiteindelijk alleen
voor jezelf te zijn 
--
Ze zet de familietraditie voort
verzet zich tegen alles wat haar bindt

 haar moeder
om vooruit te komen 
haar vader 
afwijzend evenbeeld
de een op eindeloze vlakten
de ander nog slechts eilandbewoner
ze heeft ze nodig 

in een wereld van verschil

uit een verleden los B
met de wil daar niet meer
bij te horen dat haar eens
nog thuis leek daar niets 
van wil dromen anders 
dan de nachtmerries 
die haar aanwakkeren 


kind te spelen klein

en onbegrepen al
is haar psyche scherp
nog zo goed belezen
ontoereikend gebleken 
---
Rheia en Demeter
uit zoveel voortgekomen
banden die niet gebroken
maar slechts aangetrokken 
worden tot onlosmakelijk 
geheel van verwoesting 
dat het hele verleden 
de aarde omvat 

waar niemand meer thuis
wil horen hoe de moeder
haar dochter aan zichzelf
verliest die niets meer dan 
verdriet vertegenwoordigt


zaterdag 18 juli 2015

Vandaag speeltje ze een deuntje mee

niet zo zeer gewild of afgewezen wicht
dat haar bezield en niet voor zwicht
ze zingt nooit haar benen vrij 
de lucht, het lucht niet op, speelt
zelden op haar naakte huid bleek
als bijna maagdelijk wild weert zij
het wellend gerief van tranen af
die anders harder spoor van wit
droog een spoor nalaat dat zo
vertekend op haar bestudeerd gelaat
de emotie weergeeft waar zij nooit
achter staat zolang ze de baarmoeder
verwenst die haar ter wereld bracht
ze heeft het gerief van hersengymnastiek
als lichamelijke opvoeding voor zichzelf
het kind te laten zijn dat wereldvreemd
volgroeit in tegenwoordige tijd


--

vrijdag 17 juli 2015

Thuisfront

Vogeltje, zo werd het geduid,
niet zo zeer
het geluid dat viel maar
de hemellichamen die
met de zwaartekracht mee
tezamen neerkwamen gelijk
veren van het verwonde
dier dat ter aarde besteld
op onverwachte plek
neerstreken de akkers
waarop wapens gesmeed
de grond beroerde aangedaan
verslagen en tot in kleinst
detail uiteen gespat
de illusie dat vrijheid
boven alle geweld uit
verheven is begraven ligt
de droom waaruit niets
verwekt wordt dan de hoop
dat er een god is
uit wiens naam alles geschied
zelfs wat uit den vreemde is
en zij die nergens meer
thuis horen.

donderdag 16 juli 2015

In extase gebleven























































Het snel vergaan, dat leven klevend aan de bladzijde
van gulden snee tot diepdoordacht verwondert doden
de speelse taal het vluchtig even woorden vinden
voor een kinderlijk moment dat lijden doet vergeten
hij is inmiddels goed uitgerust na levensmoe te zijn
geweest, het klinkt banaal maar suïcidaal is ook in taal
gewoon een dichterlijke staat van dodelijk verveeld veel
lachen om een begin te kunnen maken aan het einde
dat al zo vaak opnieuw hem uitbehandeld liet schrijven
van de wieg en wat daar ook op volgt afgeknapt of gewoon.

(RW)