zaterdag 30 juli 2011

In dit voorbijgaan

Niemand sprak mij tegen iemand sprak mij aan
in het voorbijgaan viel ik daarop gewoon gedeeld
belang gebroken in tweeën bleef ik daar staan
het was geen gezicht mezelf in te zien met wie
ik was zo anders om mezelf verlegen hiermee
sprak iemand mij tegen en niemand mij meer aan

dan wie dan ook wist ik o wist ik zo wis ik waar
ik wis ik die mij wist om wat ik wist uit het verleden
gelijk met wissen geweten ook missen mist in 't mistig heden

Het pastinaak

Over Rottum naar Betlehem
kronkelend door het vlakke land
klautert de weg tegen de terp op
komt spitsvondig de kerk tegemoet

waar tergoedertrouw het woord
gesproken werd in maagdelijk groen
daar ingeklemd tussen pastinaak
heb zwaluwen knarstandend
in de wielkasten verdwenen

met schaapachtig gemak
dreef het slachtvee af
in de eendenkroosplas

ben met verpletterende
indruk van egels daargelaten
het verlangen door me heen
zelfs wanneer de zon ontbreekt
zo over Stitswerd wijder gegaan 

Gouden tijden lopen breeduit

Er werd een moeder van beticht
in die zin telepathisch
haar dochtertje te zien
in een afluisterschandaaltje
de persen vielen de schellen van de ogen
toen de nieuwe wereld omviel

Er werden kogels rondgefloten
als dode mussen afgeschoten
vielen kinderen uit de lucht
toen Noorwegen haar onschuld verloor

Er was een verdronken stemband
uitverkoren in een vroege dode zang
nog nooit hadden liedjes zo koud geklonken
dan in de freerecordshop om de hoek
Er was vreemd beurs geluid te horen
dat alles ontkende van de gouden tijd
geld ontwaarde bij de vleet dat scheelde
maar verder bleef het foute kapitaal gewoon

Er werd een kinderke geboren dat bleek
veel later gewoon een hoertje gewoon te koop
iemand riep het is een schande van de legenden
dat door uithongeren mensen sterven uit pure hoop
met geldelijke drang alles kan worden bestreden

Er werd gefluisterd over aanhoudende dooi
dat alles wel weer zal onderlopen wat nu nog droog
achter de oren de gesteven boord verruild voor gestreken
spijkerbroeken waar nog steeds genageld goed vertoeft
en nog een ander riep dat T shirt is een godsteken aan de wand

Er werd gelachen en gevreeën en men hield maar niet op
Er doodgewoon van te blijven leven 

-
R