zaterdag 30 mei 2015

Die eindjes aan elkaar

Je zou het leven moeten kunnen afsluiten
gelijk rolgordijn voor niet gesneuvelde vensters
waar gebroken licht doorvalt

maar het mooiste ooit wat stak
waren ogen achter glas

wat mij aansprak
zonder dat ik het hoorde
weer verstomde in ongemak
van brokstukken taal

scherven scherp gekant
woorden die het leven lieten
stap voor stap waar zij
ook over struikelde

Geslachtsapparaat

Hij was groot geschapen
zo gade geslagen aan het einde
waar eens hij mij mee verwekte
en menig maal zichzelf voor lul gezet
gestaan heeft bij proefdierwild
gekeurd gevild en verder besneden
ontweid vlees van doodskopdieren
waar de schedels de jeugd uitlachten
vanaf de snijzalen net bevrijd
uit gekooid bestaan
opgegeven in de wetenschap
hoe toch heb ik ook genoten
van de ratten die hij schonk
en ik van hem hield
gelijk mijn vader.