toen het kwam
bij het krieken van de dag
dat alles in vuur en vlam
ontsproot het met geweld
dat nog niet de daad betrof
waar van het vruchtvlees
zo geraakt niet meer tot
bedaren kwam eerder dan
geheel ontdaan verwelkt
de kelk er dorstend haar
gelijke in hem trof
de hand nog overspeelt
zijn lot dat voor genot
de huid weer naakt die
hem hier in extase raakt