De jaren vleide zich tegen z'n oorlel aan
omdat hij dacht dat daar de eeuwigheid uit sprak
golflengten lang kroop de ether aan hem voorbij
tot alles doofde wat daar uit voort kwam
hij had geen weet van de beweging
hoe de wind stil was gaan liggen
op een uitgevouwen blad
dat sprak voor zich zonder enige beweging
hoe onbeschreven of dit was
toen de wolken de maan verfraaide
in dorstlessende lichtbeelden
van de schoonheid die daar uitsprak
dat de aarde was ingenomen
door een wereldvreemde taal.