onderbroken was nieuws
de gehavende mens
thuishaven of vluchthaven
overal brokkelde leven af
de beelden waren niet
aan te slepen verhalen
schoten tekort waar
bommen-mensen
vastnagelden
het stof wat opwaaide
deed huiveren
maken tongen los
bevochtigde ogen
van de onbewogen
toeschouwers thuis
waarom toonde
rouw en smart
zo wreed verstoord
de rafelranden
van het gezond verstand
dat haarscherp kloofde
op de gevoelige plaat
hoe rood bloed toch
vloeide op de vuile grond
de psychiater in wording
ontleedkundig haar ziel
ontblootte op het nieuws
met pornografisch naakt
tot de oksels toe
tot de oksels toe
haar hulpbehoevend leed
dat toonde hoe begaan toch
de wreedheid zich ontplooide
geen detail werd er gespaard
alles moest met vlooienkam
geopenbaard de jeuk tonen
van het openbaar verstoord
leven wat leed heet dat met
geen mantel der liefde kan
worden toegedekt vandaag.
geen mantel der liefde kan
worden toegedekt vandaag.