in de regels gelijke tred houdend
dun hout aanstellerig in die zin
aangeplant voetje voor schoorvoetje
aangekomen kraakte het af
terwijl ik het hart vasthield dat
gelijk de noodzaak brak daar
in geen veld of wegen zag
hoe leeggehaald zelfs
geen hond daarin meer
een gat zag mij de hand gaf
die zij uit stak zoals dat ging
nog. niet zo lang geleden
waar ik op tijd een merel
hoorde en op die valreep
deinsend een stap terug deed
--