donderdag 1 december 2011

Lichtzinnig

Naast me lopen tegels zetten en op-passen
langs de dichtgesnoeide hagen haken en ogen
daardoor heen tot littekens opengereten plekken
waar allicht nog een blik waardiger achter schuilt
twijfelwaardig in de tijd staan stillen tot taal verstomd
dan de woorden wikken in het twijggewas waar
ondoordringbaarheid in uitgelegd wordt op stenen
uitgeteld raken omdat het opvallen er niet toedoet

Cruciaal

Het pril geluk lag in de schoot
van de verwachtingen
te smachten naar genot
zonder enig weet van lot

dat genoten daaraan
met klaarkomen zich bond
aan onverhoeds leven

een verwachting die gewekt
langgerekt de eeuwigheid
herschiep van lotgevallen
die sneuvelden bij bosjes
aan hetzelfde euvel leven

dat geconsumeerd nu een
maal niet geschonken kan
maar slechts met volle teugen
weer een nageslacht aan zich
bond met inbinden van kaf

tot op het vel vol geschreven
tekenen die als tijdgeest dienden
van het vlekkeloos bestaansrecht
dat kalm rimpelend de aandacht
trekt van vele voldongen feiten

als het ware beter geloosd
uit zelfbevrediging in onschuld
verworpen zaaddier ja dat
als oud vuil ter aarde werd
besteld en afgedragen

-------
Maar wie, zonder zonde,
zou z'n eigen vlees en bloed
willen missen?