meer dan was verwacht
nacht met krimpen komt
het water trager aan de lippen
de havenmond glimlacht
zacht gelijk het slik de voeten
dwalen over het wad
ergens schijnt haar
wezen hoger dan het zicht
te wachten op een blik
een glimp van stroom
en geulen belichamen
rondingen die haar omvatte
even was de droom
warmer dan en lomer ook
een huid waarover handen
gleden benen weken armen
neerstreken in de holte
van haar wiegend dijend lijf
dat zo lenig zilt en zoet
mijn gemoed omvatte
ik sloot zonder het bevatten
haar schoot van jaren
eerder en ebte in haar weg
ijlings in de vloed van smachten
zolang de tijd haar liet
mij weer verliet zwijgend
zo als zij was gekomen
afscheid dat bestond
nog niet en dat is altijd
zo gebleven onderwijl
ik zweefde over kwelders
van mijn getijden heen
verdronken in dit hemellichaam
dat aan haar verknocht
me dronken van de ruimte
rustig achterliet.