waar zoveel voor moest wijken dat daar opgebouwd is
om voor de eeuwigheid te vervallen waar ik thuis hoor
in een vaag standbeeld van monumenten dat daar voor
stond van harder steen en groter omvang
dan een kinderhand kon omvatten
toen het daar om vroeg
geen dag ouder te laten worden
dan morgen omdat dat al te ver weg lag
en eeuwen later dat oog weer rust op plaatsen
van een jongetje ooit waar zij voor staat
die vergeten is te volgroeien in die geest
van ouder worden dan op de grond van wat zij leest