Wanneer ik te luister wordt gelegd
stilaan steeds meer en meer nog stil
de hand voor ogen mist de uitweg
er is geen wil om voor te kiezen
weg is niet meer kwijt dan eerder
doodlopend het begin daarbinnen
gedempt klinkt ook de tred
er ging iemand aan voorbij
diegene is daar ook blijven bestaan
dichter bij trekt uitzichtloos de zin
voortgedreven tezelfdertijd