Uit het hart komen ze
afgedropen kooplui
bepakt en bezakt
inboedel in de opruiming
habbekrats en vlooienmarkt
nering naar kentering
een schraal bestaan
zo leeggelopen kan het
het hard tekeer gaan
zelfs op zulk een grote schaal
kan het verkeerd gaan
staat van verval een legerschaar
verknipt z'n welvaart op te kloppen
tot slagroomtaart van goedaardig volk
dat haar omringt komt haar centrum
in het geding niet door armetierigheid
van een akelig wreed bestaan
maar arm worden kan gevaarlijk zijn
door de eenzaamheid
en rest nog slechts een helder verstand
dat een open geest bespeeld
met medemenselijkheid