vrijdag 10 mei 2013

Hemelvaart over hondsdraf

De klok slaat zes even voor het heel
onder een verder staalblauwe hemel
de straten sterven uit hoe vreemd ook
dat klinkt heel gewoon op een enkeling
na in een opvallende rode sweater

er geen geen sterveling meer dan wat
judaspenning paars (waar dat dan ook
op slaat) in de regel rond deze tijd
wordt veel vergeven met wat nemen
nu wat oud zeer zich onder pijnbomen
vereend heeft heel sprekend is het
om het even stil te blijven staan (waar

was ik toch gebleven) nu ik hier zo zit
is alles verder ook doodsbenauwd hoewel
er uit het bosje houtopslag een liedje
klinkt dat mij nog net laat geloven
dat het bijna tijd is het maakt mij
deelgenoot de ruimte raast voort-

gedreven word ik en begeef me
op het platgespoten pad door
overweldigend groen bos en let op
mijn tellen te verschijnen hier
terwijl een prachtig mooie strontvlieg
neerdaalt op een vers
ontluikend meidoornblad

zijn koninkrijk in alle heerlijkheid
zo pal tegen de zonsondergang
aangelegen scheppingsdrift
van het nieuwe leven dat waarlijk
is herrezen