maandag 21 juli 2014

Hij is niet die jonge meer

Het strijklicht valt
actueel met de focus
op het witlicht brandend
op de wallen
onder het rond glaswerk
dat gedragen
door z'n neusbrug staat
we kijken stom in zwart
wit naar de komediant

honderd jaar beeldmateriaal
passeert de revue in een oogopslag
de man in beeld gebracht moet
daar is iets mee en ziet
dat alles te zien is
hij praat daar luchtig omheen
ach hij kan het aan wanneer
ontvreemd er iets mist dat must
want hij maakt er wel wat van
een toneelstukje over de problemen
die hij zwervend weer de baas kan
zijn

hoe belegen kan de humor zijn
hoe zeer is gekscherend hij
de metamorfose van z'n zijn
hij tovert op gevoel
wat woorden bij elkaar
de humorist schept grapjes
olijk uit z'n ooghoekjes gevat
de media is zijn toneelgezelschap

zelfs halverwege was hij nog niet
aan zichzelf toegekomen
hij wil leed aan vermaak koppelen
maar leedvermaak ontkoppelen
van hem

Het is noodweer buiten voor de buis
babbelt hij onder vuurwerk de avond
aan elkaar dreunend inslaand succes
flitst licht de schemer uiteen in schichten
met er knal valt hij weer stil het ligt
aan mijn gehoor dat het verder een stomme eenakter wordt van twee
mannen die hun tijd voorbij zijn.