vrijdag 21 maart 2014

Een vrijheidsstrijder

Een vrijheid die niemand meer beleeft
Een vrijheid als een klap in het gezicht
Een vrijheid die één vrijheidsstijl heeft
Een vrijheid geïsoleerd alles afleert

Libertie kwam rood aangelopen
Hysterie was alle gekheid op een stokje
De leuterige liturgie werd smalend sneer
Neergesabeld door een gek die vrijheid bezeerd

Strand

De kuilen waren een domein
duinen stijlloos voor gewoon
zonder pikdraad naar omhoog

mams boezem lag nog overhoop
wat rommelig in het bovenstuk
waar het badpak verder de bil
vormlozer vlees samenvatte
alles lag er voor de hand

pa gewoon met alpinopet
gewonnen voor de krant
met Neptunus pijptabak
melkwitte kuiten opgestroopt
ten hoogste hooguit knie
wat klederdrachtig bleek
al hoger zelfs onkies of bloter
onzedelijker vakantiepret

zeewater spetterde uiteen
tegen de spataderen van het been
waar eerder nog het hongeroedeem
zo gemeen wat had uitgevreten
wat nu zouter zachtaardig werd

de knul voorzag voor't eerst
de paringsdrift verdwaald
in duinpan zoekend naar
parnasia in zachter bries
gekreun gesteun en deinen
ritmisch helmgras de tiet
die naakter dan enig geslacht
hem het bloed koken liet

een dochter maagdelijk wit
wat rood verbrand bloosde
de schaamstreek bloot
waar ongewenst de schande
beviel die opgelopen was
in broeierig zand

ach het ijs dat was gebroken
met een kwartje tussen wafeltjes
gevat smolt gulzig op de lippen
gelijk de koolzuur bruisend spoot
uit de gazeuse die heus morserig
het decolleté van tante liep
schuimde later ziltig heet
de koppen van de golven af