gadegeslagen dotter wenkt het bloeiend
bloemhoofd licht van streek plasdras
op de oever van het aanhangsel
morsig groen maar weelderig zacht
en went tevens van de winter af
het geloof in deze dagen taant
geleidelijk maar onverdroten
tot een traag besef van voorjaar
naar het onzedig luchtledig rosé
kleed van de zon die veel te laat
doorbrak op het bekaaide zwakke
schijnsel van de tijdgeest die rondwaart