na dolende bejaarden op hun asfalteermachinerien
waarover veel identiteitcrisissen zijn verteerd
tot wezenloos verhelmde zwartgeblakerde koppen
in uniforme apentrots uitgedoste merktekenen
waarin de heer in uitgelezen TomTom ogen
vierkant de wereld beziet die snijdend
van uitgelatenheid in gaswolken doorklieft
gezeten op zijn koningspaardenkracht
praalt hij met z'n garde metgezellen
in slagorde gesteld hun onderhorig doel
tot onderscheidend onvermogen
van hun verder leeg bestaansrecht op deze
aardkloot van verstierde mannelijkheid