woensdag 4 september 2013

De zomen slippen trager licht

Een lichte schaduw welk welgevallig schijnt
de hazelaar daar nog zachtaardig blijkt
naast de o zo regelmatige veldiep die
wat asymmetrisch op de bladvoet
in't geniep het wel ziet zitten bij't
doornig geblaf van hondsroos
dat zojuist nog lelijk uitviel
naar de passant

De verstilde dauwbraam dorstte
het niet aan met wat droogte al
verlept naast het lieve
van de harige wilgenroos
die zich nooit verhout tot enige boom
terwijl zij toch zo aangevreten toeziet
hoe de meidoorn het nog alleraardigst
in september doet onder het gezag
van hoge es waar ik doodleuk
alle blaadjes las op leven
dat daarop beweegt zo aangegrepen
door de herfst door een gedachte
die door mij speelt

Er ontspint zich een sluipwesp
welk eerder toch gevangen was
in een levensweb onderwijl de nachtuil
al ontpopt tot wintervlinder
met valse meeldauw dat zich bezint

Ook ik zoek nog wat lijnen in het landschap op
waar over het vanzelf ging