Ze zit opgesloten
in haar gedachten
vast besloten
om er nooit meer uit te komen
gaat het er hard aan toe
ze zijn niet uit te lezen
voor wie haar gadeslaat
is zij grijs beton
een kazemat gelijk
maar binnen zacht
rosé gloed van vuur
uit schietsleuven
voorziene schuttersput
waar uit zij bedreigd
de wereld beziet
het oorlogsverleden
heeft haar afgemat
ze bunkert daar
uitgeleefd schisma
halfslachtig hart
onverschrokken waar
de loopgraven hebben haar
te zeer begaan giftig gemaakt