Hij schreef haar kinderen op z'n buik.
Daar was zij uiteindelijk helemaal klaar mee.
Hoe toch onthouding zo gepaard kon gaan
door kwistig buitengaats zijn zaad te spuien.
Zij verkoos onaangenaam een ander lid,
waarmee zonder enige daad, goed gericht
toch een spanningsveld kon ontstaan.
En hij, zijn buik daar ook van vol, de benen nam.
Ze flansde zo op de bank iets genetisch in elkaar,
dat achteraf bezien sprekend iets op het eerste gezicht,
van hem had meegekregen. En zo bleek ook hij kwistig
nageslacht daarop voor zichzelf had belegd.
Zij was daarop zo zeer gepikt dat in 't verschiet
een miskraam lag te spartelen in 't vocht.
Nu baarden beide, hij volop in 't gezicht,
zij de pure onzin die in haar armen wiegde.
Vervreemden meer en meer zo met z'n twee.
Bleef weinig hen meer gespaard, dat nog een kind
van de rekening kon worden, anders dan de wens
uitstervend bij elkaar te blijven tot in de dood.