Tussen de ravijn van borsten
door over de marmere galerij
van aan gespanne ingewanden
op de laagvlakte van de maag
aangeland en verder afgedaald
waar de scheerder eerder al
de weg plaveide over de gloeiing
van de venusheuvel verdwaald
tot in het diepst van een gedachte
neergestreken in een eindeloos
bevochtigde droom vanwaar uit
bij't ontwaken sluimerzacht
het kind ontwaakte
wat daar uit nog
ontsproten lag
R