donderdag 28 juni 2012

De maan zo halverwege

De andere helft zoek geraakt blijven steken
in geluid van de systemen ontsnapt het aardgas
lekt in vlammen bladstil weer op.
Er schijnt wind te rusten gelegd in velden
of wegen die nog warm gelopen van de dag
afgifte doen aan de hemel in warmte strelen
Loopt de sloot daarin over de nevel komt
de nachtvogel tot leven broedt een bloem rijk
geurend even van de doodskopvlinder
Het schijnt geluk te geven naverluidt
om dromend daarover te vergaan
verzinken in de schemer van de tijd
die blauwer duister toont de sluiers
waarin niet verstaand verstommen stilt.