Ik mis de zinnen
om de huid
van het gedicht
de woorden
die de longen
de letters bloed
ogen lucht en oren
warmte laten horen
wat er in coupletten
leeft en zingt
raaskalt nu in weten
het gewetenloze
dat dichter weet te zijn
in alle nietzeggendheid of
desnoods levenslang
refrein