ze komen in golven en schuimkoppen aan land
stranden gelijk uit scheepswrakken gebroken verband
lijken en leven alle have tesaam of zonder naam
berooid en verjaagd of stropers op jacht voor geluk
dat met kind aan de hand en vrouw op de koop toe
hun ziel en zaligheid verkwanselen aan de overkant
op de vlucht voor god mag weten wat voor geweld
uit naam van het hogere alles achter zich verbrand