Af daar-in-tegen bijna plat uitgedrukt
Ze leert mij af als gewoon te ongepast
op de verkeerde plaats
Mak is zo ook het lamgeslagen feit
Gelijk hier ook daar steeds vaker blijf
Aan haar gemak valt steeds vaker af
te lezen hoe van zich af bijten gaat
Ze blaft ook heelveel van haar af
Zo ongehoord als dat gaat niets
boven de gehoorsafstand waar
tussen door zij haar eigen gangen nagaat
Ze achtervolgt haar eigen spoor
een geur waarmee ze afgezegd
meer blijkt geeft hoe afgericht
feitelijk buiten beschouwing is
Alles wat eens was weer is
afgedaan of afgeleerd zoals ze wil
Waar haar zinnen tegen zijn
afgezet het doordrijven betreft.