Ik was met lijstjes bezig,
de zon scheen,
het hagelde sneeuwwit en ik
timmerde er een ruimte omheen
tot gedichte wandbetimmering
toen ik daar een mannetje trof
die stilletjes wat gelaten
tevreden in het hoekje stond en
sloot er een gedachte in op
terwijl ik binnen school
luisterend naar de klankkleuren
van in zuiver kristal gebroken licht
waarin dat mannetje begon te zingen
langzaam als het werkend hout
klonk helder zijn eenzaam liedje
over hoe en het waarom
je nooit alleen maar zo kan zijn.