zondag 19 augustus 2012

Deze ochtend valt door mand

van net gesprokkeld hout
bijeen geraapt licht
dat de boom tooide
wind liet sprekend
brekend weer
ter aarde neer

van de gang
die lieveheersbeestjes
maakten voor de val
al op de wieken wogen
licht bijeen gedreven
stilten op het open veld
van goud omrandde wolken
heinden vernevelen er in

van de kauwen zwijgzaam
de nacht uit getogen
in processie zonder rouw
het DNA optekenden
in lange stoeten
op enkelen na die weer
vervlogen door het web
maar ook voor ogen

van het genomen leven
uitgeput en opgewonden
leeg gezogen verstrikt
de spin vormt een middelpunt
opnieuw om weer bevangen

van de woorden uit dit
vergeten gedicht van gister
dat nieuw leven niet in zich had
maar overdreef in metaforen
van te voren opnieuw bedacht
terwijl de hanen kraaien en
meeuwen landwaarts keren