maandag 31 oktober 2011

Het niets

Posted by Picasa

zondag 30 oktober 2011

De bekroning

> van het opvallend blad
> is de neergang dwarrelend
> nog ter aarde besteld
> prijkt de goude gloed
> van schoonheid ontdaan
> tot de laatste schaduw
> daarvan tot aarde vergaat
> in alles vervallend tegenlicht

vrijdag 28 oktober 2011

Omdat de dood niet overleven gaat

Winterslaap trekt trager door het land
de egel is zwaar onder de indruk
terwijl hij alleen maar te rusten gaat

blijft een stekelige aangelegenheid
wanneer de ingewanden op straat
liggen voor wakend oog van lijkenpikkers

die zwarter ook aan flarden gereden
een hectometertje verder gaan
dan het gelijk van de voortrazende tijd

woensdag 26 oktober 2011

Zwarte vleugels in de lucht speelden strepen na

Tteather oops theater was te lezen
toen ik hoog verheven keek naar de hemel
met mijn benen van textiel uitwaaierde
zag wat martelaren lopen in hun marathon
die ze van zichzelf verloren toen ze uittraden
in deze kleine werkelijkheid in reflecterend geel
in uitgedoste zolen verloren zij hun voetsporen
en ik mijn vol verstand in schrijffout hier
aan de dijk gezette balen stro kartonnen lucht
van zonnen in de pretogen van de koe

-
R

Een zucht van verlichting


dinsdag 25 oktober 2011

Zie't rot

Dampt geurig in blad
slinkt het weefsel weg
sijpelt bruin in dood
doordrenkt en kil
vruchtvlees druipt
de winter in de hoop
een gulzig vraatzuchtig
eerbetoon van haat
dat langzaam aan vergaat

R

maandag 24 oktober 2011

Saprotroof

'k heb de vergankelijkheid eens aangedaan
om te bezien of mij dat aansprak
't was niet,een strop,
dat ik daar niets waars trof
dan de leugen die verhaalde
dat de hoop, die ik zo naarstig zocht
gewoon ontbrak,
sinds tijden
was er geen waarheid meer hier
te bekennen het viel
me tegen dat ik van meer
steeds minder en van minder
steeds meer de echtheid zag
dat zo ontbonden rot nog
uitzicht bood op leven ik
hield het daar maar op.


R

zondag 23 oktober 2011

Muizen op sterk water rond deze tijd.

Al meer dan een jaar
of wat geleden
ontruimde we je huis en
kwamen je weer tegen
het viel zwart wit wat tegen

hoe helder ook de coupe
zeer fijn besneden
in plastiek gegoten
de bedrevenheid
van ingekleurd
hersenweefsel bleef
het een spinsel

het zeepaard uit jonger jaren
zwom al deccenia lang
gefixeerd in polyester
't stonk ternauwernood
naar formaldehyde

dat was naast muizenissen
van je hand goed vastgelegd
de anatomie van je bestaan
een recht dat niet ontnomen
zoveel doodskopschedels schiep
waar menig boekenkast
nu mee wordt ontluistert

ik herinner mij in
een uit hout gesneden
jachttafreel waaraan
een weitas gevuld
met trofeeën zat
zag als kind nog daar 
bloed uit stromen toen
het van de hand ging

je had ook dromen
opgeslagen in fijn
gereedschap als micrometer
waarmee ik nauwkeuriger nu 
met heel kleine tolerantie 
buitenom de maat neem

op het meetvlak de gedachte
tot de meetstift raakt waarmee
ik het gemis met de gevoelsknop
laat dat ik precies weer geef
zonder Abbé fout kan  aflezen

ik doe het ook meer
 behoedzamer dan ooit
omwille van het broze skelet 
daarvan niet te beschadigen 
ik misschien beter op m'n gevoel
de schuifmaat kunnen nemen 

( De zogenaamde Abbe-fout wordt voorkomen doordat het metende gedeelte precies in lijn ligt met de te meten maat.)

zaterdag 22 oktober 2011

Buiten mezelf

Al die mensen
zijn gewoon gebleven
en ik ben alleen
maar
weg
gegaan

zo breek je af
wat stond dat
niet zo tegen
viel voor het
was gevallen

De tijd dat alle onschuld wordt verkracht

Wat broos is wordt breekbaar
wat breekbaar is gesloopt

(bij't verstrijken in deze tijd)

eigenhandig verwondt het
aangezicht van de onschuld

in eigen waarde aangedaan
tot speelbal is het verleden

een oude vrouw die hiervoor
beschreven staat als metafoor

verheven slachtpartij op eigen
waarde kermt er nog een kind

daarbij


http://www.zie.nl/video/algemeen/Hoogbejaarde-vrouw-verkracht-in-Amsterdam/m1ezx30f5fhp

vrijdag 21 oktober 2011

Tegen de kaalheid is niets opgewassen

De naaktheid onthult zich in paparazzi
tot leeg verslaan dat uitholt tot gezwam
in molm en tot pulp vermalen zinnen
die miljarden verschransen in de lust

Op leeftijd

De jeugd trekt rimpelloos voorbij
maar iedere herinnering is alleen
voor mij voorbij terwijl hij daar
rustig onder blijft hoe ook tijd
geen vat meer op hem krijgt
ik in trager stroom steeds
sneller achter blijf zo ik herinnert
in mezelf steeds meer inkeer
maar nooit daarin vereenzelvig

donderdag 20 oktober 2011

Noodweer

de wind zet aan
breekt op glazen
zwiept het gras
de dichte aren
tegen de aarde

verzet in regen
felle halen streken
niets om de donder
laat luider licht

ontsteken in geweld
dat is geweken
van wrekend water
blijvend zwart
hemels weerkaatsen

De nooddruft

Iemand rolt achterste voren eruit
de schuifdeur door naar buiten
toe ontak daar in een behoefte
sfeer, de hunkering die was gezond

gelijk reeën die voor gaas gaan
in de beslotenheid van veiligheid
zichzelf gebonden weten in 't gevang

o lotgeval van rolstoel in het wrakke lijf
ontwaak als huurmoordenaar
uit de schoonheidsslaap om af
te maken waar het leven voorstaat

een lift die tot de hemelpoort gaat
omdat er niemand en niets tussentijds
het spoor verlaat dan omhoog
de eeuwige verhevenheid van dood
in wit gewaad daar in voorgaat.

Een vreemde gang

van zaken op z'n kop. Een emmer op de komposthoop.
Gaaf, geen ruimte aan in de lucht met de bodem boven,
die daarin, wat rond, hing als verzinkt zwart gat.
.
Een put die niemand het hoofd kan bieden met wat rupsen
scharrelend daarin, en wellicht er ook toe besloten,
voor broodnodige winterrust.

Dit alles doelbewust tot wederopstanding
uit de stronthoop rijpend tot een groot koolwitje.

Vanuit de groengele harigheid van vorig jaar, popt zij in haar dromen
uit de winter van dit schraal bestaan.
Daarin toch ook de sluipende dood, die slurpend
rondwaart en haar niet toestaat,
maar voor voldongen feiten plaatst;

dat leven nu eenmaal met parasieten omgeven niet bestaat. Anders
dan het te bebroeden en door te geven aan het kroost. De kinderen
uit de gedachtegang van alleen al uitgevreten leven,
voor de moord op heel het leven dat voortkomt
uit de eieren op de boerenkool.

woensdag 19 oktober 2011

Oudzaam

In dit snedig licht dat geen groef meer ongemoeid maakt
dan lachrimpels in het aangezicht van de dood
krimpt trager tegen beter weten in gelaten plooien
in de rust die zij tot zich neemt gebroken door

ragfijne vitrage schimmig overspel
neem mijn vingertoppen niet serieus
die zo strelend zacht beschrijven
op de tere huid beklijven liefst
in de hoedanigheid van leven

mond op mond zeer tongbedreven vereffenend besef
dat even sprakeloos geen taal meer opgewassen is
in dulden van die ene ademloze kus vergeven in dit
verzoenend ogenblik een glimp van hartstocht uitgedreven

maandag 17 oktober 2011

Hoog verheven (een doorsnede)














Hoe naakt ook

Als je had geweten
naast me had gelegen
had je ook kunnen weten
hoe naakt ook
ik iets te verbergen had
met geen kleed omgeven
was ik geweest in leven
nooit in staat te geven
dat in dieper zin bestaat
een ongeborgen deel
wat nooit uit zichzelf
kon komen tot staan
laat staan bestaan
een naast mij
liggend deel

Vanuit die harde ondergrond kom ik 
vanzelf voort gedreven als in gas omgeven 

omhoog gestuwd tot leven om zo ijl
weer te vervluchten in een nevel
die in zichzelf gekeerd weer oplost
ik niet meer bleek dan samengeperst
de lucht die adem vormt in alle kilte
uit iedere mond die mijn naam uitspreekt

zondag 16 oktober 2011

Stilstaan

Waar ik ook kom of ga
neem ik steeds meer
onafgemaakte dingen
waar ik ook ga of sta
neem ik steeds minder
herinneringen mee die
ik niet mee kon nemen
waar ik ook ga of sta

zaterdag 15 oktober 2011

Els heeft de katten voor volgend jaar

al klaar zo dwalend door wat symetrie van zevenblad
heeft de mens deze dagen meer aan structuur in het hoofd dan op papier
de wilgenman komt er bekaaid af dit jaar er spelen dan ook wat
muizenstaarten
door zn restanten haar
in es
wordt veel vertrapt
dat dun wat doorgeschoten was
vandaar de zekerheid van klimop
dat nog blijft terwijl
de schouwer zijn biezen bij elkaar harkt
en de voorbijganger het laatste riet
nog gade slaat
blijkt een struweel geruimd
aan onnut hout
een opstand die spotaan uitbrak
is zo gerooid tot stoppelveld
hier klaar gezet er breekt
nog een laatste twijg en
stil staat alles opgetast
tot volgend sprokkeljaar

R

vrijdag 14 oktober 2011

Dit aanzicht

waar Venus trager onder verbleekt
in rose aanzien van de tijd die rijst
tot lengten van dagen is geweest
in bloedrood gedrenkte vaagheid

schijnt nog licht bewogen twijg
net niet dauw berijpt het roerend
eens met weerszijde beschenen
zijn daar nachtvorst overvallen

werkelijkheid dat niets dit lot
tot wederkeren toe beweegt
anders dan een kille overgang
naar een onweeslijk andere tijd

Steeds meer

te rusten gelegde uren terwijl
alles slaapt en ik ontwaak in
licht van blauwe schijngestalten

Venus nog een baan beschrijft
bij volle maan vervagend bleek
de nachtwake een licht verblijf

van ademfris gestalte neem ik
mezelf opgelost van vragen
de vervluchtiging in't verdagen.

woensdag 12 oktober 2011

Bij klaarlichte nacht

Hallo maan zo vol
daarvan heeft het
de blauwe schijn
daaraan gegeven
dat mijn schaduw
zich scherp aftekent
zo afrekent met m'n
geweten krimpend
zwicht in nevel
van het overspel
waarin koelte daar
ik mee beweeg

Volhoopvol

Er is een hoop op te geven
zo heb ik dan ook gedaan
een hoop aan de kant gezet
wat hoop gegeven en ook gelaten
er lag een puinhoop aan
ten grondslag hoopgevend
aan elkaar met wanhoop
voor zegen bleek een hoop
leven een hopeloze zaak

dinsdag 11 oktober 2011

Tegenstrijdig

Er was een man
in mijn gevaren
die vroeg mij
nog hoe of ik
stond ik was
met stomheid
daardoor geslagen
heb het daar
maar bij gelaten

Er was een man
in mij ervaren
waardoor ik
vele jaren later
nog de vermoorde
onschuld speelde
toen zich allang
verveelde met wat
hij vond en naliet
met mij

ik heb de man in mij
begraven en zelfs
nog een oorkonde
aan bijgedragen
om te ervaren
hoe of dat stond

zondag 9 oktober 2011

Schoonschrift

Ik geloof dat ik tussen mn oren zit
inktvlek in mn eigen schoonschrift
wormstekerige oogappel tot de pit
het kaf dat van het koren is geschift
een rijper tijd dat in't fruit tot rot
aanzet in schil van zichzelf kapot
de kiem is waaruit terloops uitbot
toch eerst maar op de kou verzot


R

Ik heb me langzaam afgesloten

nog even stil gestaan en wat ontdaan
maar zonder wikken of wegen gegaan
wat lasten zijn heeft allemaal afgedaan
bij opkomend tij aflandige wind en zon
in mijn gezicht net doorbrak dat ik begon

zaterdag 8 oktober 2011

Stromen

Het zand loopt over't strand
van steltlopers sta je daar te kijken
hoe de zee krimpt naar het land
golf voor golf terugtrekkend stromen
bij't ontwaken weet ik
daarvan de voornaamwoorden
voorwerpen geven handreikend
daar verkleumd het zwijgen aan


R

Dromen

Klein boekje klein hoekje
ergens zeg een blad
zijde of honderd
dunne ingebonden
papieren vervuld van mij
zonder ooit er één woord
met de hand geschreven
daarin verstomd liggen
had ik maar één ronding
met tong die zong
een raking kunnen krijgen
ik zou ze uit die mond kussen
tot klanken keuren tot zinnen
die ik daarin hervond
van lippen afgesproken
wat ooit uit mij verstomd

Dit is van tweede orde

Zie de bui al hangen
neerslag op 't eerste gezicht
regenbogen buigen af
licht breekt ik wacht
af als de nacht
de wolkbreuk
wordt hiermee gedeeld

het scheelt dat ergens
de zon weer schijnt
al is dat voor even

valt er wel genoeg
al valt dat ook
weer tegen

Man met naald

't stak en spoot daardoor
brak en in de goot her
vond in koor de man
zijn draad van't verhaal
waarna hij verder is
gegaan met aan
eenrijgen van't bestaan

donderdag 6 oktober 2011

Het oorkonde

Een schrijffout die
in het oog springt
gelijk een aan rozendoornen

opengehaalde dag
die dieprood nog
verzonken lag te wachten
in een ochtendbries
vanuit de nacht
er sprak een oorkonde
uit het gebeente

de wilgentenen kromden er tegen
dat het zo licht opspeelde
toen het brak
sprak de knot me aan
hoe of het stond zo afgekapt
in dit bestaan toch
zo vergankelijk rot
met lettergrepen
aan een gebonden
een mand werd
vol fruit geoogst
te luister neergezet

Het groter voorkomen

Dit overkomen is goed
spelen met gedachten
nooit tot uitvoer komen
is dat meer dan goed
genoeg tot overwegen
leven dat je overkomt
gewoon voorkomen
meer niet dan dat

R

Ik wist dat i ging

Liep gister nog over van zand
voetsporen gesleten naar z'n hand
verging het hem zoals dat gaat
een tijdwijzer duidde hij aan
waarde licht bestoven z'n tred
doofde een indruk 
van silliconvalley uit

He had Jobs todo.

woensdag 5 oktober 2011

't is schier onmogelijk hier

De ondergelopen duinpan en dat riet
verankert zand tot duin op strand

een pril begin van aanwas wat je ziet
anders niet dat de zeereep verheft

tot luwte op het aanlandend gezicht
waar nog gevlucht uit weer en wind

het eens bekoorlijk naakte lijf
geborgen uitgestoven zandlichaam

niets meer dan verraad aan haar
aanwezigheid in kaal verlangen

van szomers hitte in dr schoot
geborgen kilte wat winterschuw
R

dinsdag 4 oktober 2011

Kust en keur

Men werpt een gedachte op die is gaan vliegeren.
De zeereep leest smakelijk gelijkmatig mee.
Het tandenknarsen kan beginnen.
Terwijl het water aan de lippen van de dollende hond staat die het
klaarspeelt aan te slaan.
Een bedenkelijk vergezicht verschiet van aanzien in de verbleekte zon,
tot in dit licht de lucht klaart en gezamenlijk optrekt met de
vloedlijn.
De standhouder legt het af en trekt aan zijn stutten. Tot volgend
jaar! Een jaar waarop de zomer wel wat eerder mag beginnen met
overspelen van het verlies van de gestrande badgast.
Vanuit de ondergestoven stadsbus, die niet met de halte klopt doven
zolangzamerhand de stalkaarsen. Nabij de fel rood uitgebeten
hondsrozen die in voorbijgaan pijnlijk bottelen gaat een opengehaalde
hardloper die een bloedspoor nalaat op de goede afloop van de
getijdebeweging die in zijn oorschelp naklinkt.

maandag 3 oktober 2011

2strijd

Vertel me eens
zijn er handen
die je huid uitlezen
je uit je vel laat spreken
iedere plek een plaats
weet te geven

Vertel me eens
is er al iemand
die je omgeeft
iemand van binnen
die aan je zit
het 'smorgens bij't
ontbijt nog dat de linker
niet weet dat de rechter
heeft genomen en geveld

vertel me
is er iets
dat ik niet weet
maar voor me zie
dat je dagen zin
krijgen in iedere vezel
iedere seconde smeken
geef me wat ik verdien
terug zoals ik
heb genomen
bij't vertrek
iemand terug
kan geven

zondag 2 oktober 2011

Een zomerdag

Denkend aan het rijp
ontwaak ik in een witte ochtend
een lucht die kleurde
de horizon rondom

er was nog niets herboren
het rijp bleek dauw
riet tot diamant
afgezette zwaarden

een nooit voltooide droom
hield de adem in van mij
een precies afgemeten tijd
volmaakte deze adempauze

tekort aan licht

Posted by Picasa

`Tekort aan licht

Tekort aan licht
een spreeuw inzicht
vooraf gegaan 
door de haan
stilte in de reiger
één auto raast
door de straat
'n beeldscherm pleegt 
huisvrede breuk 
verraad aan leven
graast een koe 
ontdaan van poten
wadend in de wei
flarden tekenen 
het landschap af
tot in de puntjes
zit de bank verlegen
leeg de stegen
in warmte omgeven
valt een salvo kauwen
uiteen in losse vogels
trager dan de tijd 
geurt de hemel rose
brak het aan door
te gaan